Historie: Sebastiaan Bennaars

Sebastiaan Bennaars

MIERLO – Het erepodium heeft hij dit jaar nog niet vaak kunnen bestijgen. En toch wenst hij niet te spreken van een verloren seizoen. “Dit is mijn eerste jaar bij de neo-amateurs”, zegt Sebastiaan Bennaars uit Mierlo. “Voor mij is het amateurpeloton op dit moment nog een beetje een leerschool, nog een kwestie van aftasten eigenlijk van wat er zoal leeft in het peloton.” Bennaars reed de voorgaande seizoenen vaak opvallende uitslagen. “En dat wil ik blijven doen”, verzekert de 19-jarige student. Fietsen doet hij vanaf zijn achtste. Hij was lid van de Wielervereniging De Volharding in Utrecht, van Buitenlust in Helmond en momenteel van Wielervereniging Dommelstreek in Eindhoven. “Waarom Dommelstreek? Vanwege de perfecte begeleiding. Geen kwaad woord over andere wielerverenigingen, maar ik denk dat wanneer ik echt op niveau wil presteren het best tot mijn recht kom bij Dommelstreek. En dan met name vanwege het feit dat daar serieus wordt omgegaan met professionele trainingsschema’s en fitnessprogramma’s. Die zijn van de hand van Peter Verbeek van Sportschool Bagheera in Eindhoven. Hij heeft daar al jaren terug het voortouw mee genomen, veel renners hebben daar enorm baat bij gehad. Ook ik. En niet alleen renners overigens, hij heeft bijvoorbeeld ook een aantal roeiers onder zijn hoede. Verbeek weet natuurlijk waar hij over praat. Hij is niet voor niets ploegleider geweest van de voormalige professionele wielerformatie Foreldorado/Golf. ” Bennaars beseft dat de kwestie gevoelig ligt. Hij koos voor de neo-amateurs, maar had ook de overstap kunnen maken naar de Sportklasse A of B. “Over de indeling van die verschillende categorieën bestaan veel meningsverschillen. Daar is het laatste woord ook nog niet over gesproken denk ik. Punt van discussie met name is dat in de sportklasse renners rijden die daar eigenlijk niet in thuis horen. Dat zijn jongens die eigenlijk bij de amateurs horen te fietsen, gezien hun leeftijd en kwaliteiten. Maar goed, die beslissing is voor iedereen persoonlijk. lk heb bewust gekozen voor de neo-amateurs. Waarom? Heb toch het idee dat daar wat serieuzer wordt ge- fietst.” Bekend is hij ook met het gegeven dat er in het afgelopen seizoen verschillende criteriums van de kalender zijn geschrapt.”O, ik heb gewoon elke week mijn koersen kunnen rijden. Maar inderdaad, het rommelt enigszins. Die startgelden hè bij de amateurs. Wanneer die niet betaald worden, krijg je nog maar een handjevol renners aan de start. Vandaar bijvoorbeeld dat dit jaar in mijn woonplaats Mierlo gekozen is voor een criterium voor de Sportklasse A en B. Noodgedwongen heb ik daardoor aan de kant gestaan. Bijzonder jammer, maar ik kan het de organisatie niet kwalijk nemen. Die steken enorm veel tijd n energie in zo’n criterium, en worden dan uiteindelijk in de steek gelaten domweg omdat er vooraf niet flink geschoven wordt. En dat terwijl er toch een leuke pot prijzengeld te verdelen viel. En het verschijnsel grijpt om zich heen. Als ik vertel dat ik geen startgeld ontvang, kijken ze me soms aan of ik van een andere planeet kom. Maar niet iedereen gelukkig, want dat zou helemaal funest zijn voor de wielersport.” Plezier genoeg nog in de wielersport voor Sebastiaan Bennaars. Lachend: “Het is niet allemaal kommer en kwel en in iedere sport rommelt het wel eens. Persoonlijk weerhoudt me dat echt niet om vrolijk op de fiets te stappen. De wielersport is mijn lust en mijn leven. Train dagelijks en rij wekelijks mijn koersen. En in de wintermaanden geef ik er echt de brui niet aan. Dan klim ik op mijn mountainbike. “Over zijn prestaties het afgelopen seizoen: “Ik heb inderdaad nog niet vaak op het erepodium gestaan, wel in veel koersen voorin gereden. Kan dan ook niet spreken van een verloren seizoen, Het eerste seizoen bij de amateurs is voor mij toch een beetje een leerschool, een kwestie van aftasten van wat er leeft in het peloton. En ik voel progressie. Komend seizoen hoop ik me toch vaker hoog in de uitslag te kunnen rijden. En dan met name in de vlakke koersen, ben absoluut geen klimgeit, meer een allrounder en ook geen slechte sprinter.” Even later klimt hij weer op zijn racefiets. “Weer enkele uurtjes trainingsarbeid, hè. Het seizoen is nog niet ten einde.” (Uit: Zondagsnieuw. 2000. Tekst: Hans Clement.)