
Frans Francissen kocht een fiets van een neef en ging in 1968 – zonder enige training! – rijden als nieuweling. In 1969 stopte hij alweer. Wielersport was wel heel erg duur en hij gaf voorlopig de voorkeur aan zijn studie. Pas in augustus 1973 pakte hij de draad weer op, nu als amateur. Zijn eerste zege behaalde hij in 1976 en hij won daarna nog vijftien koersen. Hij reed Olympia’s Tour (64e in 1976) en twee keer de Vredeskoers (1977,1978), waarin hij in 1978 werd onderscheiden met de ‘Beker voor de beste doorzettingsvermogen’, omdat hij vijf ritten lang als enige overgeblevene van de Nederlandse ploeg verder reed. Vanaf 1977 reed hij veel cyclocrossen en hij werd cyclocrossprof op 3 oktober 1979 voor sponsor Superia. Tijdens de NK’s cyclocross werd hij zevende in 1981 en zesde in 1982, zijn laatste jaar als prof. Na zijn actieve carrière in 1982 was hij actief in KNWU-dienst o.m. als veldritcoach.