historie: Patrick van Seggelen

Patrick van Seggelen

In een tijd waarin twee sterke blokken de Kempische koersen beheersten snelde Van Seggelen als amateur meteen al van de ene naar de andere zege in de regio. Meer dan vijftig overwinningen boekte de sympathieke coureur uit Someren, die echter reeds na zes amateurjaren de fiets aan de wilgen hing. Na altijd gevoetbald te hebben kwam Patrick van Seggelen via vader Henk in aanraking met de wielersport. Henk van Seggelen, een oud-coureur uit Lierop, bracht de wielerbacil over op zijn zoons Patrick en Dave. Patrick, oudste van de twee, reed één jaar in de hoogste categorie van de jeugd en werd daarna nieuweling. Het eerste jaar kon hij al meteen goed volgen met enkele podiumplekken als voornaamste resultaat. In zijn tweede jaar bij de nieuwelingen verbaasde Van Seggelen, lid van R&TC Buitenlust, vriend en vijand door in Steenwijk Nederlands kampioen op de weg te worden. Voor de Helmondse vereniging overigens een zeer succesvol weekend, want ook Leontien van Moorsel pakte in haar categorie de nationale titel. Vervolgens reed Van Seggelen twee jaar bij de junioren en ook in die categorie wist hij zijn wedstrijden te winnen. In 1990 maakte de altijd goedlachse coureur uit Someren de overstap naar de amateurs. ‘Ik had bij grotere ploegen kunnen gaan rijden, maar dat zag ik niet zo zitten. Ik reed liever criteriums. In wedstrijden van tweehonderd kilometer had ik niet zo’n zin.’De entree van Van Seggelen in het amateurpeloton ging niet opopgemerkt voorbij. In de tijd dat de mannen van Baby Dump met renners als Dave Das,Wim Daams, Twan van Velthoven en Jannes Slendebroek de criteriums beheersten, was daar ineens de piepjonge Van Seggelen die mee de dienst uit kwam maken. ‘Ja, daar kwam ik tussen en won in mijn eerste jaar meteen wat wedstrijden’, blikt Van Seggelen terug. Samen met jongens als René Manders en de gebroeders Jos en Peter Schepens vormde hij namens Buitenlust een sterk blok en dat ging er dan wel eens flink op.Wie herinnert zich niet de schitterende tijden van de legendarische Peelland Toer. Sensatie verzekerd, zeker als de machtsblokken Baby Dump en Buitenlust elkaar weer eens in de haren vlogen. De Peelland Toer was voor Van Seggelen een van de belangrijkste wedstrijden van het seizoen. De meerdaagse werd dan ook enkele malen door hem gewonnen. ‘Naar die wedstrijd leefde ik helemaal toe. Toen had je ook nog het Eindhovens Dagbladklassement. Als je in die wedstrijden presteerde kreeg je aanzien. Mooi was dat!’ Zo ongeveer vijftig wedstrijden schreef Van Seggelen op zijn naam, waaronder als eerstejaars het districtskampioenschap in Valkenswaard, meerdere keren de Peelland Toer, vier keer de Ronde van de Besterd in Tilburg en vele criteriums in de regio. Wat voor type coureur was hij eigenlijk? ‘Eigenlijk was ik een redelijke allrounder. Ik kon goed alleen rijden en goed sprinten. Een massasprint winnen deed ik niet gauw, maar als we met een groepje van een man of tien, vijftien waren, dan was ik zeker niet kansloos.’ Hoewel Van Seggelen veel won, duurde zijn carrière bij de amateurs maar zes jaar. In 1995 hing hij -tot groot verdriet van veel van zijn supporters- de fiets al aan de haak. Vanwaar dat vroege besluit om te stoppen? ‘Ik kon al gauw een heel goeie baan krijgen bij Berkvens, een deurenfabriek in Someren. Een profcarrière ambieerde ik niet, dus toen was het kiezen tussen fietsen of werken. Ik koos voor het laatste. Ik weet nog dat ik op gesprek moest komen bij de directeur en die zei meteen: “Jij bent die jongen uit de krant hè?” Vervolgens was het gauw geregeld. Ik mag dus wel zeggen dat ik die baan voor een groot deel aan het fietsen te danken heb. Bovendien werk ik ook met dezelfde instelling als ik altijd gefietst heb. Inmiddels heb ik me aardig op weten te werken in de organisatie en maak nu weken van zestig uur per week. (Uit: Rondekrant Kermisronde van Riethoven. Tekst: Dennis Kroonen)