
“Een overwinning in je eigen woonplaats dat is iets wat je natuurlijk heel graag wilt. Ik zat er al een paar keer dichtbij. Maar door het ontbreken van een krachtig eindschot lukte het nooit om te winnen.“ Woorden uit de mond van Peter Schepers (42). De huidige voorzitter van de supportersclub de Lieshoutse Wielrenners weet zich de overwinning voor eigen publiek in 1991 nog goed te herinneren. “Wat me het meeste bij is gebleven is het ontzettend slechte weer op die dag. Ik reed tot tien kilometer voor de eindstreep geweldig sterk. Door het smijten met mijn krachten werden die laatste tien kilometers echt loodzwaar. Maar met een sterke ploegmaat bij me in de persoon van Patrick van Seggelen wist ik dat het ging lukken.” Zijn team Buitenlust had op dat moment een sterk collectief in de “koersen rond de kerk”. Een vriendenploeg dat het voor iedereen in de ploeg mogelijk maakte om wedstrijden te kunnen winnen. In het brouwersdorp Lieshout zou het ook moeten lukken. “De tactiek was simpel,” reageert Schepers, ” toen ik door het goed gespeelde ploegenspel al snel met ploeggenoot Patrick vroeg in de koers voorop kwam te zitten hebben we gewoon met tweeën voluit gereden. Ik kende iedere bocht blind en het slechte weer was in ons voordeel als koplopers.” In de sprint was hij normaal gesproken kansloos. Met dank aan zijn clubgenoot mocht hij zich na afloop laten huldigen als winnaar van de Bavaria-ronde. De supporters waren natuurlijk erg blij met deze overwinning. Dat was nog niemand in Lieshout gelukt. Ook het thuisfront in de Servaasstraat was natuurlijk heel erg trots. Late start Peter Schepers begon vrij laat met de wielersport. “Ik wilde een jaar eerder al beginnen maar werd geplaagd door zware knieblessures waaraan ik eerst geopereerd werd. Ik geloof dat ik 26 jaar was toen ik in 1989 uiteindelijk een KNWU-licentie had en definitief wedstrijden ging rijden. Ik had daarvoor al eens met vrienden wat recreantenwedstrijden gereden. Ook ging ik vaak mee kijken naar de wedstrijden van mijn broer Jos die toen al een jaar of tien wedstrijden reed.” Aangezien de beste stuurlui aan wal staan werd tegen hem gezegd dat als hij het beter kon hij zelf maar eens een licentie aan moest gaan vragen. De stoute schoenen werden aangetrokken. Hij begon te trainen en heeft uiteindelijk nog een aantal jaren met broer Jos samen wedstrijden gereden. Daarvoor had Peter Schepers zijn studie aan de technische universiteit afgerond. Trainingsaanpak Hij stond ook bekend om zijn trainingsaanpak die verschilde van veel fietsende collega’s. “ Bij velen bestond het trainen uit kilometers maken en na de kerstdagen de weg op. Ik deed naast krachttraining in de sportschool ook wat conditioneel werk daar. En één van de trainers daar stelde voor om wat conditieschema’s op te stellen om te gebruiken voor de opbouw van de wielertrainingen.” In de loop der jaren werden de schema’s verfijnd. Daarbij was het belangrijk een logboek bij te houden van de trainingen en de wedstrijden. Zo kon Schepers later terug zien wanneer hij goed of slecht reed en welke voorbereiding daar aan vooraf was gegaan. “ Gewicht, hartslag en herstelvermogen. Alles werd netjes opschreven en bijgehouden. Natuurlijk was het belangrijk ook te luisteren naar je lichaam en op tijd rust te nemen of te herstellen van ziekte. Belangrijk was dat je leerde dat je met economisch en intensiever trainen meer kon bereiken dan met heel veel trainingsuren ” aldus Schepers. Ook de voorbereiding in de winter van ’90-’91 verschilde niet zoveel van de jaren daarvoor. “Ik deed 1 à 2 keer per week conditietraining gecombineerd met wat krachttraining in de sportschool.” Daarnaast startte Schepers vanaf eind december langzaam met de trainingen op de crossfiets in het bos en op de wielerbaan van Buitenlust. Ik had naast een fulltime baan helaas niet altijd tijd voor deze trainingen” Vanaf eind januari werden de trainingen op de weg door middel van trainingsschema’s intensiever. Mooiste overwinning “ De zege voor eigen deur de mooiste overwinning? Ik weet het zo niet.” vraagt hij zich af. “ Meestal moest ik alleen aankomen of met iemand die helemaal aan gort gereden was. De eerste overwinning blijft natuurlijk ook het meeste bij maar of dat de mooiste is?” Niet alleen koersen die je wint zijn voor Schepers bijzonder. “Soms geeft een tweede of derde plaats net zoveel voldoening op de manier waarop die tot stand komt. Houd het toch maar op Lieshout als mooiste zege…” In de “rondjes rond de kerk” stond Schepers tijdens zijn actieve wielerloopbaan bekend om zijn tomeloze aanvalsdrift. Het smijten met krachten was vooral in de eerste wielerjaren zijn handelskenmerk. “Tactisch was het niet al te slim” erkent hij nu,“maar wel altijd leuk voor de eigen supporters en het publiek en natuurlijk ook voor jezelf.” Hij vermoedt dat hij meer overwinningen had geboekt als er altijd tactisch gereden werd. “ Maar of dat je een betere renner maakt waag ik te betwijfelen,” is zijn conclusie. Korte wielerloopbaan Vijf jaar lang reed hij in Buitenlustshirt in KNWU-wedstrijden. In 1993 stopte Schepers met de actieve wedstrijdsport. “Eigenlijk een paar jaar te vroeg. Maar ook mijn broer was al een jaar eerder gestopt . Ik heb er toen nog een jaar aan vast geplakt om nog wat af te trainen want die fout maakte ik ook door abrupt te stoppen. “ De combinatie met zijn volledige baan als afdelingshoofd van een technisch adviesbureau was ook nauwelijks meer te combineren met de trainingsarbeid. Toekomst Peter Schepers blijft de wielersport van nabij volgen. Voornamelijk via de bekende media zoals radio, televisie en het internet. “ Af en toe ga ik nog naar wielerwedstrijden kijken maar lang niet zoveel als vroeger, ” vervolgt hij.” Op zondag wil ik graag zelf recreatief fietsen”. Het komt niet vaak voor dat ex-wielrenners actief zijn binnen het bestuur van een supportersclub of wielervereniging. Peter Schepers is een gunstige uitzondering want hij maakt al vanaf 1985 deel uit van het bestuur van Nederlands’ oudste wielersupportersclub. Vanaf 1997 hanteert hij de voorzittershamer. “Het is belangrijk dat wij als supportersclub kunnen rekenen op veel vrijwilligers die de club bijstaan en het organiseren van wedstrijden mogelijk maken. Voorlopig is de toekomst veilig gesteld en blijven we wielerwedstrijden organiseren,” is de visie van de oud-coureur. De sponsoring baart de voorzitter wel zorgen. Het wordt namelijk steeds moeilijker om een wielerronde financieel rond te krijgen. “ Op tijd vernieuwen en mensen enthousiast maken voor het wielrennen is belangrijk. Ik geloof wel dat we altijd een vriendenclub blijven die het wielrennen een warm hart toedraagt”. Ook de toekomst van de Lieshoutse wielerronde komt ter sprake. “Tja” zucht de Lieshoutenaar, “we organiseren al jaren volgens een vast stramien. De driedaagse van Laarbeek is een begrip in de regio. Dat regionale karakter zal ook voorlopig wel zo blijven.” De toekomst van de amateur-criteria in Nederland baart ook hem zorgen. “ Dat er toch het een en ander zou moeten veranderen is duidelijk om weer opnieuw publiek naar de wedstrijden te trekken,” besluit hij zijn relaas. (Uit: Wielerdorp Lieshout. Jubileumboek De Lieshoutse Wielrenners. Tekst: Rien van Horik)